Wat is rebounding?

Rebounding betekend letterlijk: terugstuiten. Wat je dus doet op een minitrampoline! Jump up is een andere naam voor rebounding.

Wat is Jump up?

Jump up is een nieuwe manier van fitnessen. Zoals zumba een tijd in was, is nu Jump up de nieuwe manier om met elkaar sportief te zijn, plezier te hebben en af te vallen. Bij Jump up sta je op een minitrampoline en spring je op en neer. Tegelijkertijd doe je met je hele lichaam oefeningen. Steeds weer kom je de lucht in en moet je, als je neerkomt, je evenwicht zien te vinden. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een minitrampoline, omdat deze minder soepel is. Je springt dus in een korte tijd vaker op en neer dan op een normale trampoline.

Met trampolinespringen worden al je spieren gebruikt. Dat is bij geen enkele andere sport zo. Daarbij is het ook nog eens heel gezond, omdat de bloedsomloop en het lymfestelsel stimuleert. En het helpt bij nog veel meer kwalen.

Geschiedenis

In de middeleeuwen bestond de trampoline al, maar hij werd alleen in het circus gebruikt. Monsieur Du Trampoline trok rond met zijn springtoestel, om mensen te vermaken. Pas in de 20e eeuw werd de trampoline ook voor het gewone volk bereikbaar. George Nissen ontwikkelde opnieuw de trampoline (zo groot als een woonkamer, gemaakt van springdoek, stalen veren en een stalen frame) en verkocht hem aan scholen en vakantiekampen. Kinderen bleken het geweldig te vinden.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog kreeg Nissen een nieuwe doelgroep: militairen. Hij wist de Amerikaanse soldaten ervan te overtuigen dat ze met een trampoline hun evenwicht en oriƫntatie in de lucht heel goed konden oefenen. Hij verbeterde de trampoline, door de springmatten te maken van nylon, een net ontwikkeld materiaal.

Pas na de Tweede Wereldoorlog ontdekten ook sporters de kunst van het spring- en vliegwerk. In 1947 werden er al regelmatig wedstrijden trampolinespringen gehouden. Ook amateurs konden in recreatieparken voor een laag tarief een tijdje springen. Dit verdween echter al snel, omdat zulke trampolines niet zo veilig waren.

In 1960 was de trampoline in Europa al zo populair dat de eerste trampolinekampioenschappen werden georganiseerd. Het doel van Nissen en andere trampolinespringers in die tijd was om trampolinespringen zo snel mogelijk een Olympische sport te maken. Dat lukte pas in 2000, bij de Olympische Spelen in Sydney.

De minitrampoline bestonden in de jaren ’50 al. Eerst werden zo vooral gebruikt als alternatief voor de springplank. In het begin van de jaren ’70 werden ze gebruikt op medisch gebied en als fitnesstoestel. Pas daarna werd bekend dat het heel gezond is om elke dag even te springen.

CTA